Een aantal weken geleden maakte Ajax bekend met trainers te gaan rouleren in de jeugdopleiding. Zo komt het individu nog meer centraal te staan. Jeugdopleidingen uit het amateurvoetbal reageerden enthousiast. Zij gaven aan het principe op kleine schaal ook al uit te voeren.
De reacties vanuit trainers zijn echter veel gematigder. Zij hebben, als deze trend zich door gaat zetten, straks wellicht geen eigen team meer. Voor Orlando Trustfull was dit reden om niet langer jeugdtrainer bij Ajax te willen zijn. “Volgend jaar wordt er binnen de jeugdopleiding een iets andere koers gevaren. Als coach heb je niet meer één vast team, maar wordt er gerouleerd. Persoonlijk denk ik dat mijn kwaliteiten beter naar voren komen als ik me wel op één team kan richten”, luidde zijn reactie op de clubwebsite van Ajax.
Teamproces
Pieter Jongmans was dit seizoen met ‘zijn’ Westlandia A1 een middenmoter in de derde divisie. Het kan zomaar zijn dat de ranglijst voor een trainer straks opeens stukken minder interessant wordt. “Ik zou er als trainer niet de maximale voldoening uit halen als ik alleen maar met kleine groepjes bezig zou zijn”, begint Jongmans. “Het hele teamproces en het teamtactische gedeelte zou ik niet willen missen. Ook dat maakt het trainerschap leuk.”
“Bij spelers beter maken, komt denk ik meer kijken dan alleen voetbaltechnische vaardigheden aanleren en verbeteren”, vervolgt Jongmans. “Ze moeten ook op het gebied van mentaliteit en weerbaarheid stappen maken. Dit kan denk ik alleen als je als trainer je spelers gedurende een lange tijd vaak ziet. Ook de procesbegeleiding rondom een team is een groot onderdeel van het trainersvak. Daar is binding met een team voor nodig. Als ik de plannen van Ajax zo hoor, valt dat aspect grotendeels weg.”
Jongmans ziet wel in dat de individuele begeleiding belangrijk is. “Wij trainen nu ook al wekelijks in kleine groepen. Elke maandag staan we met drie trainers voor de groep. Dan werken we alle drie met kleine groepjes aan specifieke onderdelen van het voetbal. Ik neem dan bijvoorbeeld twee aanvallers, twee verdedigers en de keeper apart om met hun afrondvormen te doen. Zo krijgt de individuele ontwikkeling ook aandacht.”
Tactisch trainen
De trainer van DVS’33 Ermelo A1, Edwin Schotsman, deelt de mening van Jongmans. “Ik zou er persoonlijk wel moeite mee hebben als ik geen eigen team meer zou hebben. Met het team werken, samen doelen realiseren en dat als geheel door ontwikkelen is leuk om te doen. Daar liggen ook mijn kwaliteiten. Natuurlijk leg je daarbinnen accenten en maak je spelers individueel beter. Als ik in de toekomst een eigen team zou moeten opgeven om bij een profclub te trainen, zou ik dat echter wel doen. Dat is nog steeds mijn droom.”
“Ik denk ook niet dat iedere trainer er geschikt voor is”, vervolgt Schotsman. “Het hangt er vanaf wat voor je trainer je bent: een trainer die vooral bezig is met opleiden en spelers beter maken, of een prestatietrainer. Je hebt daarnaast ook trainers die echt passen bij pupillen. Zij hebben veel technische bagage en kunnen alles voordoen. Andere trainers kunnen juist goed omgaan met oudere spelers. Zij beschikken vooral over tactische kwaliteiten en zijn directer in hun aanpak.”
Trainingen afstemmen
Voor sommige leeftijdscategorieën is het volgens Schotsman goed om een vast gezicht voor de groep te hebben. “Voor F-pupillen is het denk ik belangrijk dat ze vastigheid hebben met een vaste trainer. In de oudere jeugd moet je meer tactisch gaan trainen op teamniveau, dat kan in mijn ogen ook het best met een vaste trainer. Het is zo ook eenvoudiger om de structuur en de onderlinge afspraken te bewaken. Voor de E- en D-pupillen en C-junioren lijkt rouleren me daarentegen wel geschikt. Die jongens nemen dingen heel snel op. Van iedere trainer leer je toch weer andere dingen en pik je bepaalde details beter op. Wat mij wel lastig lijkt als de trainers gaan rouleren, is de afstemming onderling. Er moet constant worden gecommuniceerd hoe het ervoor staat en hoe ver spelers zijn in hun ontwikkeling.”
Toch staat ook bij DVS de individuele ontwikkeling van de spelers centraal. Net als Jongsma traint Schotsman daarom wekelijks, met meerdere trainers, in kleine groepjes om de spelers individueel beter te maken. “Daarnaast voer ik in ieder geval twee keer per seizoen POP-gesprekken met de spelers. Hierin kunnen zij aangeven op welke gebieden zij zich nog graag willen ontwikkelen en hoe ze dat willen realiseren. Wat Ajax gaat doen, doen wij bij DVS dus eigenlijk binnen de teams in het klein.”
