Cookie beleid DVS'33 Ermelo

De website van DVS'33 Ermelo is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan
  • DVS-TV & DVS-Video

  • Top-en Hoofdsponsors
  • Eerstvolgende wedstrijd

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!

Roeland ten Berge:”Maximaal rendement uit attractieve speelwijze halen”

15 juli 2015 19:45


Een paar dagen nadat DVS’33 Ermelo het winterkampioenschap voor zich opgeëist had na de duidelijke winst op aartsrivaal VVOG, kondigde het bestuur de contractverlenging met hoofdtrainer Jan Veldhuizen aan. De geelzwarten zouden die koppositie nooit meer prijsgeven, maar de promotie naar de Topklasse stelde hogere eisen aan een coach. Die waren voor de Liendenaar niet te combineren met zijn privéleven en zijn drukke baan. Zodoende werd de verbintenis in juli ongedaan gemaakt. Dat zadelde de kersverse Topklasser met een probleem op om op korte termijn toch nog een gekwalificeerde vervanger te vinden.
Eén plus één leek simpelweg nog altijd twee; de Ermelose club zat zonder hoofdtrainer en Roeland ten Berge van de naaste concurrent Excelsior’31 zat zonder club. Hij had met de Rijssenaren zijn visitekaartje in de Hoofdklasse C duidelijk afgegeven. Bestuur en Technische Commissie van DVS raakten nooit in paniek, gingen niet over één nacht ijs en kwamen na een selectie van veertien kandidaten toch uit bij de coach, die voor de genoemde Twentse club ook al met Berkum tegenover de geelzwarten stond. Op 25 juni maakte voorzitter Aart Goossensen de benoeming van Roeland ten Berge bekend als nieuwe eerstverantwoordelijke voor de hoofdmacht. Een introductie met de 38-jarige hoofdtrainer.



Door: Joop Tomassen

Als trainer wel maximaal presteren
De geboren Hoogevener (19 maart 1977) kwam onder meer via het Groningse Winsum in Raalte terecht. In het Sallandse dorp begon hij te puberen; hij woont er nog steeds met vriendin en drie kinderen. Bij de grootste en bekendste voetbalclub van de twee uit die plaats, Rohda Raalte, doorliep hij de jeugdselectie-elftallen. Zijn voetballoopbaan bij het plaatselijke Rohda smoorde in een knieblessure al op 21-jarige leeftijd: ”Ik kon misschien nog wel beter tennissen dan voetballen en had beter een keuze voor één sport kunnen maken. Ik heb eigenlijk nooit in het eerste van Rohda gespeeld. Ik heb te weinig met mijn voetbaltalent gedaan en niet het maximale eruit gehaald. Dat wil ik nu als trainer anders doen. Na mijn blessure ben ik een trainerscursus gaan volgen en dat vond ik fantastisch. Toen ik merkte dat ik het eerste elftal van Rohda niet zou halen heb ik me volledig op het trainersvak gericht. Ik heb nog een aantal jaren lager gevoetbald en in de zaal gevoetbald maar kon daar te weinig voldoening uithalen.”

Zijn roeping als trainer had hij dus al gevonden: ”Het opleiden en ontwikkelen van jonge spelers heeft mij altijd getrokken”. Vanaf ’94 trainde hij al de C-jeugd van de grootmacht in zijn woonplaats. Nog niet de geselecteerde jeugd; dat kwam pas na de coaching van het derde elftal van Rohda en dat was in het seizoen ’99-’00 met de B1 van Daventria in Deventer (nu opgegaan in FC RDC), waarmee hij in de 3e Divisie uitkwam.

Volledig met voetbal bezig
De periode betekende ook een kentering in zijn maatschappelijke carrière. Roeland ten Berge gooide het roer na het behalen van zijn MBO-Techniek volledig om en ging zich compleet op het voetbal richten:”Ik ben begonnen met werken in een magazijn en heb daarna nog van alles met mijn handen gedaan, maar zag dat toch niet de rest van mijn leven doen.” Na zijn terugkeer bij zijn oude liefde combineerde de Raaltenaar de functie van jeugdplancoach bij de KNVB Onder 13 met het trainerschap van de C1 bij de roodgelen. Daarmee promoveerde hij in ’01 naar de 3e Divisie. Dat niveau haalde hij ook een jaar later met de A1.

Bij zijn volgende club Excelsior’31 beperkte hij zich evenmin tot het jeugdtrainerschap. Met de B1 en later de A1 kwam Ten Berge ook uit op het niveau van de 3e Divisie en werd daarin in ’05 zelfs kampioen. Dit werd ook nu gecombineerd met zijn werk voor de KNVB Jeugdplan Onder 14. Ook schreef hij in ’03-’04 een beleidsplan voor de club uit Rijssen.

De Sallander coachte vanaf ’05 op eerstedivisieniveau bij de B1 van Go Ahead Eagles en was daarnaast Ondersteunend Medewerker Voetbaltechtische Zaken bij de KNVB District Oost: ”Na mijn werk in een magazijn als logistiek medewerker kreeg ik een fulltime baan aangeboden bij de KNVB als Ondersteunend Medewerker Voetbaltechnische Zaken. Ik was toen trainer bij Excelsior. Go Ahead Eagles benaderde mij toen voor de B1. Na twee jaar B1 ging ik naar de A1 en werd ik coördinator jeugdopleiding. Hierdoor moest ik mijn fulltime baan opzeggen bij de KNVB. Bij GAE kwam ik voor 24 uur in dienst. Een risico, maar ik wilde graag zo veel mogelijk op het veld staan. Bij GAE heb ik o.a. spelers als Maikel Kieftenbeld, Joey Suk en steven Berghuis getraind.”

In het jaar 2006, toen onder meer Jan Vlap (nu trainer van Harkemase Boys) en Jan Veldhuizen slaagden voor hun diploma TC 1 en een Hoofdklasser onder hun hoede mochten nemen, behaalde Roeland ten Berge in dat jaar het diploma Trainer/Coach 1 Jeugd in een lichting samen met bijvoorbeeld Rob Alflen, Jean Paul van Gastel naast TC1 Senioren in verband met de bevoegdheid voor Hoofd Opleidingen BVO. Hij bleef zich verder ontwikkelen in werd in ’08 bevoegd om trainers te doceren bij de KNVB. Perikelen rond het samenvoegen van de jeugdopleidingen bij de genoemde Overijsselse BVO’s vervoegden zijn overstap als trainer van de jeugd naar het seniorenvoetbal.

De stap naar het seniorenvoetbal zette hij in ’09 als trainer van de reserves van Excelsior’31, waarmee hij ook kampioen in de res. Hoofdklasse werd en de beker voor reserve-elftallen won. Ook de coaching van het elftal Onder 23 deed hij en was ook nauw betrokken bij de kaderbegeleiding van die club.

Eerste stappen als hoofdtrainer in Twello vervolgd in Hoofdklasse
De eerste schreden als hoofdtrainer zette Roeland ten Berge bij Voorwaarst Twello, wat ook nu weer gecombineerd werd met de functie Hoofd Opleidingen bij die vereniging. Daar handhaafde de oefenmeester zich na het debuutjaar van de Twellonaren in de 1e klasse Zondag met een ruimschoots:”Ook daar had ik een volledige baan. Die club was een jaar eerder naar de 1e klasse Zondag gepromoveerd en had zich maar net kunnen handhaven. In mijn jaar eindigden we als vierde en kwamen we een punt te kort om een periode te winnen. Anders hadden we zelfs nog voor promotie gespeeld. Ik had daar op zich nog wel willen blijven, maar naast Voorwaarts Twello was ik ook nog bezig als docent bij de KNVB. Ik was elke dag met voetbal bezig en toen bood de mogelijkheid bij Berkum zich aan. Dan kon ik de zondag voor mijn vriendin en drie kinderen houden.”

Daarmee werd de overstap van het zondag- naar het zaterdagvoetbal al snel gezet. Naast het voordeel voor het gezin was het ook aantrekkelijker om op de zaterdag te werken:”Ik had bij Excelsior’31 al gemerkt, dat de beleving op de zaterdag veel beter was dan op de zondag. Rohda had dat eerder ook wel, maar daar werd het qua beleving de laatste jaren toch ook minder.”

Zwolse successen
In Zwolle wilde hij die club vanuit zijn eigen visie laten voetballen:”Berkum was altijd gewend om wat achterover te leunen en te voetballen vanuit de omschakeling. Ik wilde met Berkum anders gaan voetballen; de opbouw van achteruit, dominant, verzorgd spel. Dat is ook gelukt. In dat eerste jaar eindigden we nog wel als achtste, maar we deden het met aantrekkelijk voetbal goed. Ook in de ‘grote’ beker hadden we succes. Na Urk schakelden we Veendam met 2-0 uit en verloren we in de derde ronde met 4-0 van Heracles in het Polman-stadion met veel Zwolse supporters en kregen complimenten voor ons positieve spel. In de derde periode in dat seizoen bleven we ongeslagen, wonnen de nacompetitie en verloren in de halve finale van Ter Leede voor een plaats in de Topklasse. Het jaar daarop eindigden we als vijfde, maar misten we de nacompetitie.”

Roeland ten Berge kwam tijdens zijn drie Zwolse jaren twee seizoenen uit tegen DVS. In het eerste jaar kon hij niet winnen van de geelzwarten (1-1 in Zwolle en 1-0 in Ermelo). Dat lukte het jaar daarop wel met 3-2 in de thuiswedstrijd, maar op de Veluwe moest hij weer zijn meerdere erkennen in de geelzwarten onder Hennie in ’t Hof. DVS werd het seizoen daarop uitgeleend aan ‘A’, zodat het niet tot een nieuwe confrontatie kwam. Het gaf hem al wel een beeld van de Ermelose Hoofdklasser:”De selectie van DVS was nog wel wat anders, maar je zag, dat die ploeg ook met verzorgd voetbal de aanval zocht”.

Anticlimax op ‘De Vegtlust’
De verlenging van zijn contract op ‘De Vegtlust’ voor een derde jaargang behoefde niet veel onderhandelingen. Als trainer legde de Raaltenaar de basis voor een herkenbaar speelwijze, die zich kenmerkte door aanvallend en dominant voetbal met verzorgd positiespel. De verwachting was, dat er voldoende groei- en ontwikkelingspotentieel was om een derde seizoen met elkaar aan te gaan, dachten trainer en beleidsmakers van de Zwolse club, maar het liep in de jaargang ’13-’14 anders. Om een naderende degradatie uit de Hoofdklasse C af te wenden, mocht hij in april voortijdig vertrekken:”De verwachtingen waren dat seizoen heel erg hoog, te vergelijken met het seizoen van Staphorst in ’14-’15. Ik ging dat seizoen ook met heel veel enthousiasme in. Maar het zat in het verloop van dat jaar ook niet meer helemaal goed meer in de spelersgroep. Voor mijn vertrek zaten we nog boven de rode streep en ik denk niet, dat mijn ontslag wat geholpen heeft”. Wellicht was er direct na het vertrek van Roeland Ten Berge nog sprake van een schokeffect, want de eerste wedstrijd werd met 3-0 van Harkemase Boys gewonnen, maar de resterende drie gingen verloren, zodat rechtstreekse degradatie een feit was.

Met Excelsior’31 boven verwachting
De volgende uitdaging diende zich echter al weer aan in de Hoofdklasse, toen Ten Berge bij de gevallen Topklasser Excelsior’31 weer aan de slag kon. Voor de Rijssenaren was hij immers geen onbekende:”Ik was onder de oude Tecnische Commissie aangesteld. Die stapte op voor het nieuwe seizoen (’14-’15). Met die oude TC klikte het goed en waren de plannen duidelijk; de manier van spelen, welke spelers er aangetrokken zouden worden, het inpassen van spelers uit de eigen opleiding. Bij Excelsior was de opleiding en de ontwikkeling van de individuele spelers in de jeugd ook al afgestemd op de manier, waarop wij met het eerste wilden voetballen. In mijn eerdere periodes bij Excelsior heb ik ook meegewerkt aan de beleidsplannen hiervoor.” In die zin laat Excelsior’31 zich goed vergelijken met de Ermelose club. De geboren Drent slaagde er ook in om die ploeg naar zijn spelopvatting te laten voetballen. De contouren van dat spel werden ook al snel zichtbaar, hoewel in de eerste competitiehelft nog niet constant. Al voor de confrontatie tussen de vorige- en de huidige werkgever van Roeland ten Berge legden de Rijssenaren de tegenstander hun wil op. Alleen de Ermelose club slaagde erin om Excelsior’31 op de eigen ‘Koerbelt’ terug te dringen. De 1-1 was na de vroege openingstreffer voor de thuisclub een rechtvaardige einduitslag. Waar DVS in de eerste competitiehelft de loftuitingen ontving voor het mooie voetbal, werd Excelsior’31 daarna betiteld als de best voetballende ploeg in de Hoofdklasse C, wat ook nog eens ondersteund werd door de indrukwekkende cijfers, die de club neerzette na de winterstop (in vier competitiewedstrijden plus twee bekerduels zes overwinningen met een doelsaldo van 27-0, onderbroken door een 2-2 gelijkspel bij Drachtster Boys. Des te bevreemdender was het, dat in februari bekend werd gemaakt, dat de Rijssens club niet met Roeland ten Berge verder zou gaan als hoofdtrainer. ‘Een verschil in toekomstvisie’, heette het: ”Ik had in januari een gesprek en toen wees alles nog op een voortzetting van het contract. Er was ook gesproken met de spelers en eigenlijk was het wachten op groen licht.” Dat kwam er dus niet.

Als scheidend trainer op ramkoers kampioenschap
Het weerhield de oefenmeester er niet van om met zeer aansprekend voetbal koers te zetten naar de koppositie, mede door een overtuigende overwinning in Ermelo: ”Er was geen doelstelling neergelegd om te promoveren, maar het publiek moest weer vermaakt worden met aantrekkelijk, dominant voetbal. In het seizoen daarvoor in de Topklasse kwam Excelsior na het vertrek van Denis Mahmudov nog maar moeizaam aan goed voetbal toe en dat moest anders. In de winterstop van ’14-’15 stonden we ook nog op de zesde plaats. Dat goede spel kwam er al snel in de competitie weer in en we hadden na de winterstop een reeks, waarin we steeds de nul hielden en zelf veel scoorden, zowel in de competitie, de beker als de vriendschappelijke wedstrijden. Alleen bij Drachtster Boys kwamen we achter met 2-0, maar maakten nog wel gelijk. Na de winst op DVS was er ook volop de overtuiging, dat we kampioen zouden worden. De sfeer was uitstekend. Ik hoefde niet te motiveren en er werd scherp getraind, maar het was ook ontspannen”.

De zege op DVS werd vervolgd met een 0-2 nederlaag tegen ACV, waarna de titelrace weer volkomen open kwam te liggen door de nuttige winst op Harkemase Boys. Vervolgens ging het faliekant mis. Met de schorsing van Rico Wolfsen door de clubleiding en andere gedwongen omzettingen vielen de raderen niet meer geolied in elkaar:”Dat was ook een wat overtrokken maatregel van het bestuur; volgens mij te zwaar. We waren op de donderdagavondtraining ook alleen maar bezig over Rico Wolfsen. Maar uiteindelijk verlies je het kampioenschap niet door één wedstrijd. En DVS verdiende de titel, omdat het het grootste deel van de competitie bovenaan heeft gestaan.”

De voorbereiding op het cruciale duel in Wezep was dus verre van ideaal. Het al gedegradeerde WHC rook de mogelijkheden en versloeg de Excelsioren met 3-2. Waar gerekend was op overname van de koppositie met nog een wedstrijd te spelen, werden de kampioenskansen teruggebracht tot theorie. Dat bleek ook wel na de winst van de geelzwarten op Urk. Aan een voortzetting van een goede reeks op ‘De Koerbelt’ kwam het niet meer:”Er speelde ook te veel in de selectie; spelers die nog geen duidelijkheid hadden over hun contract”. Het vervolg werd duidelijk; ACV pakte ook de tweede winst in de nacompetitie tegen Excelsior, nadat de Rijssenaren al in Harkema met 5-3 verloren hadden. Er werd nog wel een prijs gepakt:”Tegen Sparta Nijkerk lieten we weer goed voetbal zien en wonnen met 3-0”.

De halve finale voor de landelijke KNVB-beker bij de amateurs werd de laatste verrichting van Roeland ten Berge voor de Rijssense Hoofdklasser. Na het 1-3 verlies stond hij zonder club, totdat de mogelijkheid bij DVS zich voordeed:”Een sabbatical was het nooit geworden, want ik was twee jaar geleden al begonnen als ZZP’er om jeugdopleidingen van voetbalclubs te ondersteunen. Daar had ik mijn agenda al wel op vast kunnen leggen, maar dat had ik nog niet gedaan. Ik ondersteun jeugdopleidingen door middel van voetbaltechnische ondersteuning. Daarnaast laat ik mij inhuren als docent trainersopleiding TC3 op scholen als Landstede en ROCA12.”

Toch als trainer de Topklasse in
Zodoende kon Roeland ten Berge alsnog als hoofdtrainer de Topklasse in, wat ook voor hem een debuut wordt. Toch verandert dat niet zijn aanpak:”DVS past goed in de lijn Berkum-Excelsior’31. Alle drie clubs willen verzorgd en dominant voetbal spelen. Berkum is dan wat kleiner dan de andere twee en komt ook in de jeugdopleiding wat achter. Wat ik wist van DVS, paste wel goed bij mij. Een goede jeugdopleiding met het doel om eigen spelers door te laten stromen naar het eerste elftal, een goede selectie, een mooie accommodatie. Voor mijn aanstelling keek ik natuurlijk wel naar de spelers en de speelwijze van DVS als voorbereiding op onze wedstrijd, maar dat was anders dan nu hier als trainer. Nu is het nog wat vroeg om wat over de selectie, over de basis te praten. We hebben een goede selectie staan en ik wil, dat tegenstanders rekening houden met DVS; dat ze ons serieus nemen. We hebben natuurlijk respect voor elke tegenstander, we hoeven ook niet voor iedereen bang te zijn. Ik heb natuurlijk nog niet in de Topklasse gewerkt, maar ik heb met Excelsior vaak tegen Topklassers geoefend, ook tegen Spakenburg en IJsselmeervogels. Een ploeg als HHC ken ik goed. Vooraf analyseren we de tegenstander om het maximale rendement uit onze attractieve speelwijze ten opzichte van de tegenstander te halen. Over degraderen en handhaven praat Ik nooit degradatie of handhaving vanwege negatieve toonzetting.



Ik houd van vastigheid in de speelwijze en dat wil ik ook het hele seizoen doorontwikkelen. Dat zal niet altijd gaan in de Topklasse en dan moet je een tactische aanpassing maken. Mijn voorkeur is om 4-3-3 te spelen, maar vorig jaar heb ik met Excelsior noodgedwongen 4-4-2 gespeeld en daar hebben we toch aardig resultaat mee gehaald. Ik wil vasthouden aan mijn voetbalvisie; wij moeten altijd zo snel mogelijk de bal hebben en houden. Dat blijft ook de insteek voor de Topklasse. Daar ga je natuurlijk wel sterkere teams tegenkomen, vaak met oud-profs. Ook worden daar soms andere systemen gespeeld, fysiek is het sterker en het tempo zal hoger liggen. Alles is een tandje hoger dan de Hoofdklasse. Ik heb ook niet een doelstelling om een bepaalde positie te halen; we moeten zo voetballen, dat alle spelers er heel veel plezier en waardering uithalen en het spel herkenbaar en prettig is voor het publiek om te zien. Als de spelers het maximale eruit halen, staat dat voor mij verder los van het eindresultaat. Ik denk niet aan degraderen, maar ga uit van de speelwijze met uitgebalanceerd, attractief voetbal. Waar het eindigt dit seizoen, kan ik nu niet inschatten. In die zin is er ook mild over gesproken met DVS. Natuurlijk willen ze graag in de Topklasse blijven. We weten, dat er de laatste rechtstreeks degradeert en de voorlaatste P-/D moet gaan spelen en er een versterkte promotieregeling vanuit de hoofdklasse is.

Op het moment van het interview is het nog te vroeg om een goed beeld over de selectie van DVS te geven. Een aantal spelers ontbrak door blessures en vakanties nog tijdens de eerste trainingsfase:” Een heel specifiek beeld van de selectie heb ik nog niet, maar de eerste week bij DVS is me uitstekend bevallen. Ik ben hier goed ontvangen en er heerst een leuke sfeer.”

Een prognose over het het seizoensverloop voor DVS, de favorieten voor promotie, de degradatiekandidaten komt er dan ook niet van de kersverse DVS-trainer, die zijn ploeg ook nu vanuit eigen kracht en kwaliteiten wil laten voetballen.