Cookie beleid DVS'33 Ermelo

De website van DVS'33 Ermelo is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan
  • DVS-TV & DVS-Video

  • Top-en Hoofdsponsors
  • Eerstvolgende wedstrijd

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!

Het Lisser voetbal

Fusie doet voetbal in Bollenstreekdorp Lisse opbloeien
Het voetbal in Lisse kende al voor 1920 een aantal verenigingen, maar het in ’21 opgerichte RK LFC, ook wel RKVV Lisse, was de enige club, die overleefde. Het Geel-Wit van 1917 bestond twee jaar, maar werd ontbonden vanwege veldenproblematiek. Ook de vermelding van Concordia Lisse van 1913 verstomde een jaar later al en was in dat jaar aangesloten bij de Leidsche voetbalbond. Het neutrale LRC van ’31, dat de zaterdag als speeldag koos, doorstond het oorlogsjaar ’42 niet, maar mogelijk ontstond na de oorlog op de resten hiervan het Lisser Boys. Het dorp deed het lang met twee voetbalclubs, die in ’81 samengingen tot FC Lisse.

Het roomse LFC of rkvv Lisse kwam uiteraard uit in de katholieke voetbalbonden; eerst regionaal, later landelijk. Door de fusie van alle voetbalbonden in 1940 kwam die katholieke club onder de vleugels van de KNVB en kwam uit in de Afdeling Leiden.

“Ter Specke” als bindmiddel
Een poging om de twee clubs in ’68 te laten fuseren onder het motto van van één administratie, één trainer, gezamenlijk materiaal en één sterke club lukte nog niet. De RKVV ging wel samen met andere sporten onder de nieuwe naam Sportclub Lisse verder. Het fraaie, nieuwe sportpark “Ter Specke” vormde in ’81 wel een bindmiddel voor de zondag- en de zaterdagclub. Beide acteerden toen nog op het peil van de 2e klasse. Voor de fusie speelde Lisser Boys vanaf ’48 nagenoeg ononderbroken in de 4e klasse tot ’77, waarna twee achtereenvolgende promoties de 2e klasse werd bereikt. De zondagtak van de fusieclub FC Lisse kon dat niveau niet vasthouden, terwijl de Zaterdag in ’89, een jaar nadat het achter DVS in de 2e klasse als tweede was geëindigd, het hoogste platform beklom. Het standaardteam op de zondag ging daarbij ook meer als opleidingselftal voor de zaterdagsectie fungeren. Na twee moeizame seizoenen kreeg de club een financiële injectie van een grote sponsor, waardoor de professionaliteit binnen de diverse geledingen toenam en niet zonder resultaat.

FC Lisse op de zaterdag naar ongekende hoogte
Nabij de grens van de districten West 1 en -2 werd FC Lisse in de acht seizoenen als tweedeklasser driemaal uitgeleend aan de laatste. Daar vonden ook de eerste ontmoetingen plaats met Veluwse clubs als SDCP, SDVB, NSC en Nunspeet. Zo ook in ’81-’82, het eerste seizoen na de fusie. In de 2e klasse C eindigde de club als vierde met Huizen als kampioen. Die eindklassering werd in de eigen regio herhaald in de jaargang daarop, maar in de seizoenen daarop ging het vooralsnog minder.
De hernieuwde kennismaking met de 2e klasse C in ’87-’88 liet FC Lisse als kampioenskandidaat zien met een zeer jonge selectie. De geelblauwen troffen het niet, dat DVS met gelouterde ex-profs op weg was naar het hoogste niveau in het zaterdagvoetbal. De Ermeloërs zouden zich ook tot kampioen kronen van die klasse en debuteren in de 1e klasse met de Lissenaren als nummer twee. In Ermelo wonnen de geelzwarten voor eigen publiek met 3-2. De titel was al binnen, toen zij in de voorlaatste speelronde naar het bloembollendorp afreisden. Die ontmoeting won FC Lisse met 4-0. Een jaar later zou de club uit de Bollenstreek DVS volgen naar de 1e klasse met Candia’66 en Huizen als belangrijkste tegenstanders.
Dat kampioenschap van ’89 bracht FC Lisse in een prachtige competitie met de aansprekende streekgenoten Noordwijk, Quick Boys, Katwijk, Rijnsburgse Boys en ook met grootmachten als Spakenburg en IJsselmeervogels. Daar hadden de geelblauwen het met een tiende plaats vooralsnog moeilijk. Met vervolgens een zesde-, vierde- en drie tweede plaatsen ging het steeds beter.
Het kampioenschap op het hoogste niveau volgde in het seizoen ‘’96-’97, toen dat na de reorganisatie in het amateurvoetbal Hoofdklasse ging heten. Weliswaar zonder de Spakenburgse clubs, maar wel direct voor Scheveningen en Noordwijk. Daarvoor was wel een beslissingswedstrijd tegen Scheveningen voor nodig. Dat werd er een met een Ermelo’s tintje, want Hans Bakker was in Rijnsburg de leidsman van dienst. Nadat de Ermeloër in de beginfase verzuimd had een “Schollekop” met rood naar de kant te sturen, werkte het toekennen van een strafschop in het voordeel van de geelblauwen, die in de vereniging met 4-3 wonnen. In de strijd om de algehele zaterdagtitel met GVVV en VVOG moest men het nog afleggen tegen de Harderwijkers. De naam van FC Lisse was echter landelijk gevestigd.
Aan het volgende afdelingskampioenschap in ’01 ging nog een beduidend minder seizoen vooraf met een twaalfde plaats, maar voor streekgenoot Ter Leede ging men voor de tweede maal de strijd aan voor de algehele zaterdagtitel. Nu was FC Lisse in een driestrijd met ASWH en Be Quick’28 wel de sterkste. Daarin moest de ploeg uit de Bollenstreek De Baronie uit Breda om het landskampioenschap nog voor laten gaan.
Constant meedoen om de topposities lukte nog niet, maar er werd nog wel een derde afdelingskampioenschap gepakt. Kan het mooier dan direct voor Rijnsburgse Boys en Quick Boys te eindigen, zoals in ’07-’08? Nu heetten Spakenburg en HHC de tegenstanders voor de hoogste eer op de zaterdag en ook nu was FC Lisse de beste. Het Hoornse Hollandia won nog wel in Lisse, maar aan de boorden van het Markermeer compenseerden de geelblauwen dat. Voor de eerste (en enige) keer dus algeheel landskampioen bij de amateurs.
De titel in ’08 was wel de laatste voor FC Lisse ooit, maar de fusieclub en tevens enige voetbalvereniging in het bloembollendorp zou op de zaterdag tot het seizoen ’17-‘18 nooit degraderen en dus aan een fraai palmares werken. De vierde plaats in ’10 was genoeg om mee te mogen doen in de nieuwgevormde Topklasse, waar FC Lisse, samen met Rijnsburgse Boys uit de eigen regio, de enige was, die alle zes seizoenen daarin volmaakte. Een zesde plaats in ’12-’13 was daarin ook de hoogste eindklassering.
De Topklasse zorgde in ’15-’16 ook weer voor een hernieuwde kennismaking tussen de Lissenaren en DVS, dat in ’15 in een zinderend competitieslot kampioen geworden was in de Hoofdklasse C. Het was ook het seizoen, waarin er een ticket voor de nieuwe Tweede Divisie te verdienen was. Daar hadden de Ter Specke-bewoners zich graag voor gemeld, maar het werd een zeer moeizame jaargang, waarin juist de strijd tegen degradatie aangegaan moest worden. De Ermeloërs waren in de eerste vier ronden nog ongeslagen, maar liepen in de vijfde tegen de counter van FC Lisse aan, dat de 0-1 na een half uur voetbal over de streep trok. Op “Ter Specke” hadden de geelzwarten nog perspectief om zich bij de ploegen voor de Tweede Divisie te scharen tegen degradatiekandidaat FC Lisse. Dat mocht, zelfs met tien man, nog de meeste aanspraak maken op de winst. Het bleef echter 1-1. De geelblauwen vochten zich naar een voorlaatste plaats, wat genoeg was om via de herkansing degradatie te voorkomen.

Het ene jaar is echter het andere niet en met een goede competitiestart ontpopte FC Lisse zich als de titelkandidaat. Met veel zelfvertrouwen vloerde DVS de koploper uit de Bollenstreek met 4-1. De Lissenaren compenseerden dat in de thuiswedstrijd met een 3-0 overwinning, maar toen was het kampioenschap al verspeeld aan IJsselmeervogels. De promotie naar de Tweede Divisie volgde alsnog via de nacompetitie ten koste van onder andere Harkemase Boys.
Het verblijf daar duurde slechts één jaar. In de zesde ronde werd pas voor het eerst gewonnen (bij De Dijk met 0-3), waarna puntverlies en winst elkaar afwisselden. Uiteindelijk hield FC Lisse drie zondagclubs onder zich (hekkensluiter Achilles’29, De Dijk en TEC), maar de twee herkansers uit de Tweede Divisie slaagden er niet in om zich voor een nieuw seizoen op dat niveau te kwalificeren.
In het seizoen ‘17’18 maakten de Lissenaren ook nog een bijzondere uitschakeling in het KNVB Toernooi mee. De arbiter van dienst liet op “Ter Specke ”de FC en hsv Hoek na de gelijke stand strafschoppen nemen volgens het ABBA-systeem, wat echter nog niet ingevoerd was. De thuisclub won, maar de KNVB liet de serie overnemen, waarna de Zeeuwen aan het langste eind trokken.
Natuurlijk is het vizier van de voormalig landskampioen bij de amateurs uit Lisse er na de degradatie op gericht om naar de Tweede Divisie terug te keren.